D2400 - VERKOOPORDER

Doel

Met deze functie worden nieuwe verkooporders ingevoerd en kunnen bestaande verkooporders worden gewijzigd of verwijderd.

Achtergrond

Het vastleggen van nieuwe verkooporders gebeurt met gebruik van klant- en artikelstamgegevens. De ingevoerde verkooporder kan een variabel aantal stappen doorlopen voordat de verkoopfactuur wordt afgedrukt.

De kortste verwerkingscyclus is:
1 Invoer verkooporder met directe gereedmelding.
2 Afdrukken baliefactuur met functietoets F5.

De meest uitgebreide verwerkingscyclus is:
1 Invoer verkooporder als lopende order in bewerking.
2 Afdrukken verkooporderbevestiging.
3 Gereedmelden van de order(regels) voor uitlevering, eventueel met vermelding van backorders.
4 Afdrukken magazijnbon. Na fysieke controle van de technische voorraad kan de gereedmelding nog worden gewijzigd.
5 Afdrukken van de pakbon.
6 Factureerbaar stellen van de verkooporder.
7 Afdrukken van de verkoopfactuur. Eventueel worden meerdere pakbonnen verzameld op een (1) verkoopfactuur.

Elke stap in de verwerkingscyclus heeft een eigen status. Het aantal verplichte stappen kan worden ingesteld via de diverse systeemswitches. Zie hiervoor functie Instellen systeemswitches verkoop invoer Het afdrukken van de verkoopfactuur resulteert automatisch in het afboeken van de voorraad, het maken van de financiële mutaties in de boekhouding van de debiteurenadministratie en de goederenuitgifte, het vastleggen van gedetailleerde verkoophistorie en het bijwerken van de statistische informatie. Als de order geheel is uitgeleverd zijn de gegevens via deze functie niet meer opvraagbaar.

De OB-aangifte, die vanaf 2005 elektronisch moet worden aangegeven, wordt aangestuurd door de stamgegevens van de relatie, het artikel en het grootboekrekeningnummer van de omzet.

OB-aanfifte verplichting voor diensten in een EU-land
Met ingang van 1 januari 2010 gelden de volgende verplichtigen voor de OB-aangifte voor diensten, die in een EU-land worden verricht:
- Een ondernemer, die een dienst afneemt, geeft de OB aan in eigen land.
- De opgaaf ICP (voor goederen en diensten) vervangt de opgaaf ICL (alleen voor goederen).
- Leveranciers van goederen en diensten doen maandelijks aangifte ICP, als de omzet per kwartaal meer is dan 100.000 euro.
- Elke ondernemer dient (indien van toepassing) zelf het initiatief te nemen om de ICP aan te geven; de Belastingdienst zet deze niet meer 'klaar'.
- Voorts dient voortaan bij de Nederlandse Belastingdienst de OB uit EU-landen digitaal te worden teruggevraagd.
- Voor het terugvragen van de OB, zijn echter nieuwe minimum bedragen vastgesteld.

De hoofdregel in dit verband is: 'de afnemer geeft de OB aan in eigen land'.

Elke ondernemer, die diensten verricht in een EU-land, dient de volgende regels in acht te nemen:
- De factuur aan de afnemer dient zonder OB te zijn en op de factuur moet dan vermeld te worden: 'btw verlegd'.
- Elke intracommunautaire dienst dient in de aangifte omzetbelasting aangegeven te worden.
- Periodiek dient - op eigen initiatief - de opgave ICP verzonden te worden, waarbij de ondernemer zelf het tijdvak bepaalt. Deze opgave wordt volledig door CASH uitgevoerd; zie hiervoor functie Aanmaken ICP-aangifte

WERKWIJZE IN CASH Handel:
Gefactureerde bedragen, die als 'EU-diensten' moeten worden beschouwd, worden binnen CASH Handel als volgt aangegeven:
In de stamgegevens van de relatie dient Eigenschap 'D' (B2B diensten van bedrijven aan bedrijven) te worden opgenomen. Deze Eigenschap is alleen mogelijk, indien de de rubriek Code plaats in de ISO landcode tabel de waarde 'E' (binnen EU) bevat. Voorts geldt deze Eigenschap ALLEEN indien in de stamgegevens van het artikel - zie o.a. functie Artikel (deel 2) - wordt aangegeven, dat het een B2B dienst betreft; de rubriek 'B2B diensten' bevat dan de waarde 'J'.

(DEEL)LEVERINGEN
Het al dan niet toestaan van 'deelleveringen' wordt bepaald door Systeemswitch Deellevering toegestaan, zie functie Instellen systeemswitches verkoop invoer Hierbij wordt onderscheid gemaakt in deelleveringen per verkooporder of per verkooporderregel. De volgende instellingen zijn mogelijk:
D Deelleveringen zijn toegestaan.
V Deelleveringen van een orderregel zijn niet toegestaan; alleen verkooporderregels, die volledig uitgelverd kunnen worden, worden uitgeleverd.
O Verkooporders kunnen alleen volledig - d.w.z. ALLE orderregels - worden uitgeleverd. Alleen als ALLE orderregels gereedgemeld zijn, kan pas een pakbon worden afgedrukt.De controle hierop vindt plaats:
- Tijdens de berekening van de totaalwaarde na het onderhoud van de order; zie functie Totaalwaarde
- Na gereedmelden van de verkooporder in de kop van de verkooporder.
Indien de status Gereed wordt teruggezet, verschijnt de melding:
'Alleen volledige leveringen, Status orderregel is gewijzigd'.
Ter informatie wordt dan het volgnummer en de artikelcode van de gemuteerde orderregels getoond.

E-factuur
Het electronisch versturen van de factuur is kosten besparend en maakt dat deze in een automatisch proces eerder betaald zal worden. De E-factuur wordt verstuurd als e-mailbericht met een PDF en XML bestand voor respectievelijk de visuele controle en de digitale verwerking in de administratie van uw klant.
Activeer de E-factuur in de stamgegevens van de klant met parameter PDF verk.facturen. Zie Klant instellen Zorg dat het juiste e-mailadres wordt gebruikt.

Een E-factuur aan een overheidsinstantie dient verplicht verzonden te worden met aanvullende codes.
Het inkoopreferentienummer wordt in de kop van de verkooporder geplaatst in het veld Referentie.
Het overheidsidentificatienummer (afgekort OIN) is het unieke identificerend nummer van de organisatie. Zie Onderhoud relaties (deel 2)
Activeer desgewenst de verzendwijze met Factuursoort = Digipoort.

EDI-berichten in CASH!
Electronic Data Interchange is een per branche gestandaardiseerde communicatie van formulieren. In CASH kan een verkooporder van een externe verzender worden ge-importeerd, terwijl een automatisch aangemaakt EDI-bericht in CASH Handel beschikbaar is voor de formulieren: Pakbon en Factuur. Per klant wordt aangegeven welke formulieren, via een EDI-bericht worden verzonden. De communicatie protocollen zijn per branche en per onderneming verschillend, waardoor een conversie noodzakelijk is van het verzonden- naar het te ontvangen bericht. Deze verzending wordt verzorgd door een gespecialiseerde partij, die het gestandaardiseerde bericht van de verzender vertaalt naar de standaard van de ontvanger (Tie Kinetix).
Een EDI-bericht is opgebouwd uit unieke, gestandaardiseerde EDI-codes voor adres, artikel en verzending:
GLN Global Location Number (Adrescode)
EAN European Article Number (Artikelcode)
GTIN Global Trade Item Number (Artikelcode)
SSCC Serial Shipping Container (Verpakkingscode, optioneel)

Zie ook

IMPORTEREN VERKOOPORDERS
Naast het intoetsen van verkooporders, kunnen deze ook worden geïmporteerd, bijvoorbeeld vanuit een ander pakket, een 'webwinkel', of anderszins. Behalve de kopgegevens hiervan, worden ook orderregels geïmporteerd, desgewenst met aanvullende tekstregels.
In dit verband zijn de volgende records van belang:
R2400 Verkooporderkop, met o.a. het relatienummer en de betaalwijze.
R2410 Verkooporderregel, met o.a. de artikelcode en het aantal.
R2420 Aanvullende verkooporderregelteksten (i.v.t.).

In het aangeleverde importbestand kunnen de volgende velden leeg gelaten worden:
 Veldnummer Omschrijving Automatische waarde
 2400 Verkoopordernummer Eerste vrije nummer uit de parameters
 2426 Volgnummer orderregel Standaard stapgrootte 10, zie functie D2000
 2267 Verkoopprijs Uit de artikelstamgegevens of de prijsafspraken per leverancier
 2402 Leverdatum De systeemdatum wordt de verwachte leverdatum
 2425 Volgnr. Teksten Hoogste gebruikte volgnummer + 1

De volgende velden dienen wel verplicht gevuld te zijn:
2220 Klantnummer
2260 Artikelcode
2410 Aantal besteld

Opm. Indien bij het importeren van EDI-berichten het relatienummer niet bekend is, kan het relatienummer vanuit de stamgegevens worden bijgelezen met de ingevulde rubrieken Global Location Number:
Rubriek: 2888 = GLN orderadres (vult veld 2220 = klantnummer)
Rubriek: 2655 = GLN afleveradres (vult veld 2228 = volgnummer afleveradres)
Rubriek: 3656 = GLN factuuradres (vult veld 2227 = relatienummer afwijkend factuuradres)

Zie ook

Attentiepunt

 1 Invoeren van een nieuwe verkooporder is alleen mogelijk als de cursor op de rubriek Verkoopordernummer staat.
 2 Wanneer alle gewenste verkooporderregels zijn ingevoerd, kan de verkooporder worden afgesloten met Esc. Op dat moment wordt een totaalwaarde van de order berekend en gepresenteerd.
 3 De laatste rubriek van een verkooporderregel (L) is een rubriek waarin in eerste instantie de artikelsoort staat vermeld. Na het afdrukken van een pakbon wordt hier het volgnummer van de levering getoond. Wanneer een eerste deellevering heeft plaatsgevonden zal in deze kolom een 2 worden vermeld om aan te geven dat de tweede deellevering nog moet plaatsvinden.
 4 Het moment van voorraadafboeking wordt ingesteld met functie D2024.
 5 De functie van functietoets F7 in Onderhoud verkooporderregel is afhankelijk van de systeemswitch F7 per verkooporderregel; zie functie D2022. Deze systeemswitch kan de volgende waarden hebben:
  1 Functie van functietoets F7 = Overzicht alternatieve artikelen.
  2 Functie van functietoets F7 = Overzicht verkoophistorie per klant per artikel.
 6 Het gebruik van de formulieren Magazijnbon en Verzamelbon is afhankelijk van de systeemswitch Formulier picklist, zie functie D2024.
 7 De volgorde van de verkooporderregels wordt aangegeven met systeemswitch Sortering verkooporderregels, zie functie D2022. De volgorde op artikelcode geldt echter alleen zolang er nog geen deelleveringen zijn uitgevoerd.
 8 Eventuele (afwijkende) OB voor buitenlandse afnemers (percentages en/of grootboekrekeningen), wordt bepaald door de landcode van de klant, of indien van toepassing door de landcode in het aangegeven afleveradres. Informatie hiervoor wordt per landcode vastgelegd met functie D2011.
 9 Vrachtkosten kunnen automatisch worden toegevoegd op een verkooporder, door de systeemvariabele Artikelcode vracht te activeren. (Zie beschrijving van rubriek Artikelcode vracht in functie D2000.
 10 In functie Instellen veldnamen Verkoop & Inkoop - functietoets F4:VeldH in functie Instellen systeemvariabelen - kunnen de verkooporderrubrieken Omschrijving-1, Omschrijving-2, Code verkoop 1, Code verkoop 2 en Code Verkoop 3 een op eigen wensen aangepaste omschrijving krijgen.
 11 Op een verkooporder kunnen extra orderregels automatisch aangemaakt worden, voor bij elkaar behorende artikelen. Een voorbeeld van zo' koppelverkoop is verwijderingsbijdrage. Zie beschrijving van functie D2260 en D2253 Onderhoud artikel met koppelverkoop.
 12 Afhankelijk van het totaalbedrag van de verkooporder kan een tweede kortingspercentage van toepassing zijn. Voor het automatisch berekende kortingsbedrag wordt een extra orderregel aangemaakt. Tijdens invoer van een nieuwe verkoopordernummer, vindt de verificatie en mogelijke mutatie van het kortingspercentage plaats in functie S2422. Zie de beschrijving van functie D2278 in submenu M2220.
 13 Met behulp van functietiets F8:Nieuw kunnen nieuwe orders worden aangemaakt. Indien gewenst kan dit worden uitgeschakeld door bij de deze functie (D2400) en de betreffende gebruikerscode eigenschap D op te nemen. Zie hiertoe functie D0800 in het submenu Instellen parameters in menu Boekhouding.
 14 Indien een verkooporder wordt verwijderd, terwijl er - middels de economische voorraad - nog gekoppelde, actuele inkooporders, assemblage-opdrachten of productiedossiers aanwezig zijn, dan wordt hiervan melding gemaakt op het beeldscherm. U kunt dan zelf beslissen of deze gekoppelde nummers eveneens handmatig! verwijderd moeten worden.
 15 In de kop van de verkooporder wordt ter informatie een opmerking uit de stamgegevens van de klant getoond. Het betreft Opmerking2 (Rubriek 2005), zie functie D2226. Voorbeeld van vaste achtergrondinformatie per klant: Leverschema of verpakkingsinstructies.
 16 Bij een relatie kan een memo worden vastgelegd middels functie D2220, functietoets F3:Instell. en vervolgens functietoets F4:Memo, of middels functie D2220, functietoets F8:Memo, keuze Onderhoud memo relatie.
  In de kop van de verkooporder kan deze memo zichtbaar worden gemaakt met 1 van de volgende parameters:
  - Instellingen Systeemswitches, F3:Verk-I, F3:Balie, Rubriek Tonen klantmemo:J
  - CRM Instellingen, parameters CRM, Eigenschap = M
 17 Indien deze functie voor de eerste maal als een functie van CASH Handel wordt gestart - in deze administratie is nog geen enkele functie van de module CASH Handel gebruikt - dan wordt automatisch een functie gestart, waarmee de basisgegevens van CASH Handel kunnen worden aangemaakt, of worden overgenomen uit een andere administratie. Deze basisgegevens zijn:
  Vaste gegevens voorraad
  Systeemswitches voorraad
  Boekingsvariabelen voorraad
  Volgnummers
  Dagboeken en grootboekrekeningnummers (indien nog niet aanwezig)
  Formulierindelingen (indien nog niet aanwezig)

Zie ook

Functie CALL: Inrichten CASH Handel adm.

Uitvoering

Voor algemene uitleg zie onderhoudsfunctie of invulinstructie.

Na het opstarten van deze functie staat de cursor op de rubriek Verkoopordernummer. Met functietoets F8 wordt een nieuw verkoopordernummer bepaald, waarmee een nieuwe verkooporder wordt aangemaakt. Met ENTER gaat de cursor naar de rubrieken Klantnummer, Orderdatum, Leverdatum en Referentienummer. Met de functietoetsen F9 en F10 kan worden gebladerd in bestaande verkooporders op volgorde van de laatst geselecteerde rubriek.
Invoeren van een nieuwe verkooporder is alleen mogelijk als de cursor op de rubriek Verkoopordernummer staat.

* 2400 Verkoopordernummer (8 cijfers)
Het volgnummer van de verkooporder.
Met functietoets F8 kan het eerstvolgende vrije verkoopordernummer worden bepaald. In dat geval wordt een nummer gekozen volgens de vooraf ingestelde reeks,.zie functie Verkoopordernummer Een nieuw verkoopordernummer kan ook handmatig worden opgegeven. Echter indien dit nieuwe nummer gelijk is aan het eerstvolgende nieuwe nummer, volgt de melding: Gebruik F8.
Een bestaand verkoopordernummer kan worden opgegeven om de lopende verkooporder te muteren. Functietoets F2 verschaft een overzicht van de lopende verkooporders.
Met de functietoetsen F9 en F10 kan worden gebladerd in de lopende verkooporders. Door een (1) of meerdere keren ENTER te selecteren kan ook worden gebladerd in de lopende verkooporders, gesorteerd op klant of actiedatum.

* 2220 Klantnummer (bestaand klantnummer)
Het klantnummer waarvoor de verkooporder wordt vervaardigd.
Een klantnummer is gelijk aan het relatienummer. Een relatie wordt als klant beschouwd indien de extra klantgegevens ingegeven zijn. Zie hiervoor functie Klant instellen Bij de invoer van een nieuwe verkooporder dient deze rubriek verplicht te worden ingevoerd.
Wanneer een nieuw verkoopordernummer is geaccepteerd en het is toch wenselijk om het nummer te laten vervallen, geef dan een willekeurig klantnummer in en laat vervolgens de verkooporder vervallen. Als het verkoopordernummer wel gebruikt moet worden, maar voor een andere, nieuwe verkooporder, dan bestaat de mogelijkheid, indien nog geen verkooporderregels zijn ingevoerd, een ander klantnummer aan de verkooporderkop toe te kennen.

* 2401 Orderdatum (6 cijfers)
De datum van de verkooporderinvoer in het formaat DDMMJJ (Dag, Maand, Jaar).
De standaardwaarde is de systeemdatum. De datum kan later niet meer handmatig worden gewijzigd.

* 2402 Leverdatum (6 cijfers)
De datum van de verwachte uitlevering van deze order in het formaat DDMMJJ (Dag, Maand, Jaar).
De standaardwaarde is de systeemdatum. Deze datum kan met een standaard aantal kalenderdagen worden verlengd. Zie hiervoor functie Systeemvariabelen
De datum kan desgewenst handmatig worden gewijzigd en mag niet voor de verkooporderdatum liggen.

* 2406 Referentienummer (18 cijfers/letters)
Het referentienummer voor de verkooporder.

Een E-factuur aan een overheidsinstantie dient verplicht verzonden te worden met aanvullende codes.
Het inkoopreferentienummer wordt in de kop van de verkooporder geplaatst in het veld Referentie.
Het overheidsidentificatienummer (afgekort OIN) is een uniek identificerend nummer van de organisatie. Zie Onderhoud relaties (deel 2) .

* 2404 Status (L,B,V,G,M,P,F)
Een codering waarmee de verkooporderstatus wordt aangegeven. Een aantal waarden kunnen worden gemuteerd, de andere worden automatisch door het programma onderhouden.
Geldige waarden, in logische volgorde, zijn:
 - Muteerbaar:
  L Lopende verkooporder
  V Verzamelbon: zie systeemswitch Formulier picklist
  G Gereedgemelde verkooporder
 - Door programma onderhouden:
  B Verkooporderbevestiging afgedrukt
  M Magazijnbon afgedrukt: zie systeemswitch Formulier picklist
  P Pakbon afgedrukt
  F Factureerbaar gestelde verkooporder
De standaardwaarde is L.

De status in de orderkop is een algemene aanduiding. Op orderregelniveau is een verdere verfijning mogelijk door middel van deelleveringen en backorders. Een nieuwe verkooporder krijgt de status L. Het systeem wijzigt deze status automatisch bij elke volgende stap, na het afdrukken van een origineel verkooporderformulier.

Bij een statusmutatie naar Gereed melden, wordt de beschikbare voorraad per orderregel gecontroleerd. Orderregels met onvoldoende voorraad worden niet gereedgemeld.

Bij het factureren kunnen optioneel extra controles worden geactiveerd via systeemswitches. Bij afdrukken van een originele verkoopfactuur kan verplicht worden gesteld dat een pakbon moet zijn afgedrukt waardoor de status op P moet staan. Daarnaast kan verplicht worden gesteld dat de status van de verkooporder op F (Factureerbaar) moet staan voordat de verkoopfactuur kan worden afgedrukt. Zie hiervoor functie Instellen systeemswitches verkoop afdruk en Factureerbaar stellen per order (Factureerbaar stellen).

* 2419 Afleveradres (bestaand afleveradres)
De code voor het afleveradres van de klant.
In de stamgegevens van de klant kan een onbeperkt aantal afleveradressen worden vastgelegd. Zie hiervoor functie Onderhoud afleveradres

* 2210 Verzendcode (bestaande verzendcode)
De verzendcode waarmee kan worden aangegeven hoe de levering van de order moet plaatsvinden.

* 2237 Contactpersoon (bestaand volgnummer)
Volgnummer van de contactpersoon van de klant.
In de stamgegevens van de klant kan een onbeperkt aantal contactpersonen worden vastgelegd. Zie hiervoor functie Contactpersoon (nieuw)
De Code PDF-verk.formulieren bepaald welke contactpersoon op een specifiek formulier wordt gebruikt. Zie stamgegevens Contactpersoon.

* 2205 Medewerker (bestaande medewerker)
De code van de medewerker die verantwoordelijk is voor het opstellen en invoeren van de verkooporder. Lopende verkooporders kunnen worden gesorteerd op medewerker en per medewerker kan een omzetstatistiek worden bijgehouden.
Wanneer bij de stamgegevens van de desbetreffende klant een vaste medewerker is opgegeven, dan wordt deze automatisch bijgelezen, indien dit niet het geval is, wordt de medewerkerscode, die bij het opstarten van CASH is ingegeven, als defaultwaarde aangegeven. Indien gewenst, kan de medewerkerscode hier handmatig worden gewijzigd.

* 2405 Omschrijving (40 cijfers/letters)
De omschrijving voor deze verkooporder.

* 2408 Omschrijving 2 (40 cijfers/letters)
De extra omschrijvingsregel voor deze verkooporder.

* 2212 Oms.code verkoop (bestaande tekstcode)
De code van de verkoopordertekst welke op de verkooporderformulieren kan worden afgedrukt.

* 2215 Oms.code verkoop 2 (bestaande tekstcode)
De code van de verkoopordertekst welke op de verkooporderformulieren kan worden afgedrukt.

* 2216 Oms.code verkoop 3 (bestaande tekstcode)
De code van de verkoopordertekst welke op de verkooporderformulieren kan worden afgedrukt.

* 2242 Afdrukselectie (bestaande afdrukselectie)
Bij het afdrukken van verkoopformulieren kan een selectie worden gemaakt uit gelijksoortige orders of kan een keuze worden gemaakt uit verschillende verwerkingsmethodes.
Als van deze mogelijkheid geen gebruik wordt gemaakt, hoeft deze rubriek niet te worden ingevuld.

* 2422 Code OB (E,I,A,X,N,B)
De Omzetbelasting wordt standaard berekend op basis van de Landcode van de klant (NL, EU of buiten EU) en de code OB per artikel (Hoog, Laag, Nul, Overig, Inclusief of Exclusief).
Met deze code per verkooporder, wordt een incidentele afwijking op de standaard berekeningsmethodiek bepaalt.
Geldige waarden zijn:
E De prijzen zijn exclusief OB
I De prijzen zijn inclusief OB
A De prijs exclusief of inclusief OB is afhankelijk van het artikel
X Onbelast, binnen Nederland
N Geen BTW berekenen. OB is verlegd naar EU of buiten EU.
B Belasting buitenland, afwijkende BTW percentages per landcode.

Het OB-percentage wordt per verkooporderregel bijgelezen via de rubriek Code OB uit de artikelstamgegevens.
De standaardwaarde wordt bepaald aan de hand van de systeemswitch OB-berekening en is desgewenst handmatig te wijzigen. Zie ook functie Instellen systeemswitches verkoop invoer

* 2002 Korting% (3 cijfers voor de komma/2 decimalen)
Het kortingspercentage dat geldt voor deze verkooporder.
De rubriek Korting% bij functie Klant wordt op de orderkop bijgelezen en kan desgewenst handmatig worden gewijzigd. De korting wordt vervolgens op alle verkooporderregels bijgelezen als de rubriek Kortingscode in functie Artikel voor het betreffende artikel de waarde B bevat. Ook op verkooporderregelniveau is het kortingspercentage muteerbaar.
N.B. Een negatieve korting wordt verwerkt als toeslag.

* 2893 Valutacode (bestaande valutacode)
De code van de buitenlandse valuta waarin gefactureerd gaat worden. De waarde van rubriek Valutacode, van functie Klant wordt als standaardwaarde gehanteerd. Desgewenst kan deze waarde handmatig worden gewijzigd.

* 2418 Aantal colli (8 cijfers)
Het aantal verpakkingseenheden waarin de verkooporder eventueel kan worden uitgeleverd. In het algemeen is deze informatie bestemd voor de vervoerder. Dit gegeven kan op alle verkooporderformulieren worden afgedrukt.

* 2407 Aantal etiketten (2 cijfers)
Het aantal af te drukken adresetiketten met een maximum van 99.
Na het afdrukken van de etiketten zal de rubriek automatisch worden leeggemaakt.

Magazijn barcode scanner kop. (1 cijfers/letters) [3312]
De order wordt gescand.

F3RegelH2410 Verkooporderregels
F4OpenFactS2420 Openstaande facturen
F5PrintS2826 Afdrukken verkooporder formulieren
F6KredietS2428 Controle kredietlimiet
F7MenuM2402 Submenu verkooporder
F8TotaalS2422 Totaalwaarde