Kolomindeling:
datum | historische contactdatum |
tijd | tijdstip |
pers | Personeelscode |
Afd | Afdelingscode |
Soort | Contactsoort |
Onderwerp | Onderwerp |
omschrijving | beschrijving van het contactmoment |
contactpersoon | Naam van de contactpersoon |
actie | Actiedatum |
door | medewerker van de actie |
F | Document of Formulier is gekoppeld aan het contact |
R | Reeks van contactmomenten is aanwezig. |
1 | De defaultwaarde van de medewerker, is de bij het starten van CASH ingetoetste medewerkerscode. Als de rubriek Vaste medewerker in de parameters de waarde 'J' bevat, kan GEEN medewerkerscode. worden ingetoetst. |
2 | Acties (notities waarvan de rubrieken Actie door en Actie datum zijn ingevuld) zijn herkenbaar aan de rechter kolom (actie). |
3 | Bij het gebruik van de module CASH Facturering kunnen verzonden facturen als notitie worden getoond, door het opnemen van de eigenschap F in Functie eigenschappen Deze 'notities' worden alleen getoond als: eigenschap is geactiveerd en niet op Medewerker, Notitiesoort, of Onderwerp is geselecteerd. |
4 | Bij het gebruik van de module CASH Handel kunnen lopende offertes en in- en verkooporders als notitie worden getoond, door het opnemen van de betreffende eigenschap in Functie eigenschappen Deze 'notities' worden alleen getoond als: eigenschap is geactiveerd en niet op Medewerker, Notitiesoort, of Onderwerp is geselecteerd. |
5 | Bij het gebruik van de module CASH Service en Onderhoud, kunnen zowel lopende als historische servicebonnen als notitie worden getoond. Deze functionaliteit wordt geactiveerd, door het opnemen van Eigenschap S in Instellen parameters CRM rubriek Eigenschappen. |
6 | Als u actief gebruik maakt van verkoopkansen worden deze op de startdatum op dit overzicht geplaatst. Als op de verkoopkans geen actiedatum bekend is wordt de verwachte orderdatum gebruikt. |
Vanaf datum (datum DDMMJJ) [437]
Met deze rubriek kan een datum worden aangegeven, vanaf wanneer de notities (richting het verleden) moeten worden getoond. De defaultwaarde hiervan is de systeemdatum. Notities met een toekomstige datum worden dan niet getoond.
Pers.code (bestaande waarde) [142]
De medewerker waarop u wilt selecteren.
Afdeling (6 cijfers/letters) [200]
Contactmomenten kunnen worden gespecificeerd per afdeling.
Contactsoort (8 cijfers/letters) [169]
Notities kunnen worden gerubriceerd met de rubriek Notitiesoort. De codering hiervan wordt vooraf in een tabel opgenomen. Het is niet verplicht een notitiesoort op te geven.
Onderwerp (10 cijfers/letters) [250]
Met deze rubriek kan een Onderwerp worden aangegeven, waarop de gegevens moeten worden gerubriceerd. Indien een onderwerp wordt ingetoetst, wordt de vooraf vastgelegde tekst getoond. Indien gewenst, kan deze tekst in de nieuwe notitie worden overgenomen. Het is niet verplicht een onderwerp in te geven.
Filter contacten (72 cijfers/letters) [1623]
Het overzicht van contactmomenten per relatie kan worden beperkt met een filter.
Door minder belangrijke contacten niet te tonen wordt het overzicht verkort en blijven relevante contacten over, waardoor het overzicht leesbaarder wordt.
De filter wordt uitgevoerd op de tabel Onderwerp en op de contacttekst en is instelbaar per medewerker of in de parameters CRM, voor de gehele administratie.