| 1 | Een aantal systeemswitches heeft verstrekkende gevolgen voor de werking van de administratie. Het is daarom veiliger deze programmafunctie te voorzien van een wachtwoord. Zie hiervoor functie Wachtwoorden |
| 2 | Pas nadat een systeemswitch is ingevoerd wordt de werking ervan geactiveerd. Dit gebeurt NIET met terugwerkende kracht. |
| 3 | Deze programmafunctie kan niet met een actietoets worden geactiveerd. |
* 3021 Verkoop materiaalartikel (N,J)
Met deze rubriek kan een rechtstreekse verkoop van materialen worden geblokkeerd. Indien materialen nooit direct worden verkocht, is het aan te bevelen deze rubriek op N te zetten. Komt deze handeling incidenteel wel voor, dan dient deze rubriek op J te worden gezet.
* 3022 Verbruik assortimentsartikel (N,J)
Met deze rubriek kan het verbruik van assortimentsartikelen op een servicebon worden geblokkeerd. Indien assortimentsartikelen nooit als materiaal worden verbruikt, is het aan te bevelen deze rubriek op N te zetten. Komt deze handeling incidenteel wel voor, dan dient deze rubriek op J te worden gezet.
* 3071 Servicebon = Verkoopordernr. (J,N)
Met deze rubriek kan worden aangegeven dat de nummering van servicebonnen gelijk is aan die van de gekoppelde verkooporders. Dit is alleen zinvol als er projectmatig gewerkt wordt en er maximaal EEN servicebon aan een verkooporder wordt gekoppeld.
* 3029 Tariefstelling (K,B)
Deze systeemswitch bepaalt tegen welke tarieven servicebonnen moeten worden gewaardeerd: kostprijstarieven of verkoop- en kostprijstarieven. Wanneer de keuze valt op kostprijstarief wordt het verkooptarief niet berekend.
Geldige waarden zijn:
| K | Alleen kostprijstarief |
| B | Beide tarieven |
* 3028 Inkoopprijs = kostprijs (J,N)
Bij de stamgegevens van de kostencategorie materialen kan de kostprijs per stuk worden gekoppeld aan de laatste inkoopprijs. Indien bij materialen gebruik wordt gemaakt van magazijnopslag wordt de kostprijs bepaald door de laatste inkoopprijs te verhogen met het magazijnopslagpercentage ter dekking van de magazijnkosten. Indien de inkoopeenheid afwijkt van de voorraadeenheid, wordt bij de bepaling van de kostprijs rekening gehouden met de omrekeningsfactor.
Geldige waarden zijn:
| J | De kostprijs per stuk is altijd afgeleid van de laatste inkoopprijs. |
| N | De kostprijs kan afwijken van de laatste inkoopprijs en wordt apart gemuteerd. |
* 3064 Kostprijs materiaal (V,K)
Met deze rubriek wordt het tarief bepaald waarmee verbruikt materiaal nacalculatorisch op een servicebon wordt geregistreerd.
Geldige waarden zijn:
| V | Materiaal wordt tegen de voorraadwaarderingsprijs - G.I.P. (gemiddelde inkoopprijs), L.I.P. (laatste inkoopprijs), V.V.P. (vaste verrekenprijs) of H.K.P. (historische kostprijs) - als onderhandenwerk geregistreerd. |
| K | Materiaal wordt tegen het kostprijstarief van het materiaal als onderhandenwerk geboekt. |
* 3033 Registratie materiaalverbruik (I,V)
Het materiaalverbruik kan per servicebon worden geregistreerd. Dit kan middels handmatige ingave, of op basis van de voorcalculatie, waarbij het voorcalculatorishe aantal als Defaultwaarde wordt getoond.
Geldige waarden zijn:
| I | In functie Materiaalverbruik wordt de kolom Verbruik niet gevuld. Hierdoor is het verplicht om elke materiaalregel door te lopen, waarbij het voorcalculatorische aantal zichtbaar wordt en desgewenst kan worden gemuteerd. |
| V | In functie Materiaalverbruik wordt de kolom Verbruik gevuld met het aantal van de voorcalculatie, echter dit aantal is nooit hoger dan de aanwezige voorraad. Bij deze methode kan worden volstaan met alleen het invoeren van de verschillen. |
* 3034 Mutatie materiaalverbruik (J,N)
De registratie van het materiaalverbruik van een servicebon is gebaseerd op de voorcalculatie. Wanneer echter onjuiste materiaalcodes in de servicebon voorkomen, moet de bon verplicht worden gecontroleerd, of moeten de materiaalcodes direct tijdens de registratie van het verbruik aangepast kunnen worden.
Geldige waarden zijn:
| J | Ja, de materiaalcode is muteerbaar in functie Materiaalverbruik Er behoeft geen verplichte controle plaats te vinden. |
| N | Nee, de materiaalcode is niet muteerbaar in functie Materiaalverbruik Er dient een verplichte controle en eventuele aanpassing van het materiaalverbruik plaats te vinden. |
* 3042 Materiaalverbruik > voorcalc. (N,J)
Met deze rubriek kan worden aangegeven dat het aantal van het materiaalverbruik nooit groter mag zijn dan het aantal van de voorcalculatie. De verantwoording van het materiaalverbruik kan hiermee in het magazijn worden gelegd.
Zie functie Materiaalverbruik
* 4315 Doorbelaste uren op factuur (0,1)
Met deze rubriek kan worden aangegeven dat door te belasten uren tegen het nultarief (gratis), al dan niet op de factuur moeten worden afgedrukt. Geldige waarden zijn:
| 0 | Nulomzet uren niet op factuur afdrukken |
| 1 | Nulomzet uren wel op factuur afdrukken |
Opmerking servicebon (1,2) [4095]
Het veld Opmerking2 in de kop van de Servicebon wordt gevuld vanuit de stamgegevens klant Opmerking1.
Activeer deze instelling (defaultwaarde=1):
2 = Leeg: het veld wordt per bon gevuld met een eigen waarde.
1 = vanuit klant: vul het veld op de bon vanuit de stamgegevens klant.
Deze switch is alleen in gebruik bij functie Servicebon en is niet actief bij aanmaken van servicebonnen vanuit contracten.
* 3069 Afsluiten urenmutaties (A,G,W)
Met deze rubriek wordt de werkwijze aangegeven waarop de verwerking van de urenmutaties moet worden uitgevoerd. Na controle door de administratie worden de urenmutaties afgesloten. Hierna zijn de urenmutaties verplaatst naar de historie en deze zijn dan niet meer muteerbaar.
Geldige waarden zijn:
| A | Urenmutaties worden automatisch afgesloten. |
| Tijdens functie Afsluiten servicebonnen worden alle daarbij behorende urenmutaties automatisch afgesloten. Indirecte urenmutaties worden altijd afgesloten met functie Afsluiten uren | |
| G | Alle urenmutaties die tot en met gisteren zijn vastgelegd kunnen worden afgesloten. Urenmutaties die vandaag zijn vastgelegd kunnen nog niet worden afgesloten. |
| W | Urenmutaties die tot en met vorige week (7 dagen of meer geleden) zijn vastgelegd kunnen worden afgesloten. Dit houdt in dat urenmutaties die in de afgelopen 7 dagen zijn vastgelegd nog niet kunnen worden afgesloten. |
LET OP: Bij keuze G en W is het niet mogelijk servicebonnen af te sluiten waarvan de urenmutaties nog niet zijn afgesloten.
* 3020 Grootboekmutatie onderhandenwerk (N,J)
Met deze systeemswitch wordt aangegeven dat het onderhandenwerk in de financiële administratie moet worden verantwoord. De waarde van het onderhandenwerk wordt bepaald door de materiaaluitgifte, de bestede tijd, de verwerkte inkoopfacturen en eventuele kosten.
| N | Nee, er vindt geen doorboeking plaats naar de financiële administratie |
| J | Ja, er vindt doorboeking plaats naar de financiële administratie. |
Eerst is aangegeven of het wenselijk is automatische grootboekmutaties te vervaardigen via de systeemswitch Automatisch boeken in functie Systeemswitches Door deze systeemswitch op J te zetten worden de in- en verkoopfacturen geboekt. Het financieel boeken van voorraadmutaties wordt geregeld met systeemswitch Voorraad administratie in functie Systeemswitches
In combinatie met de volgende systeemswitches kan worden ingesteld hoe gedetailleerd de financiële mutaties moeten worden geboekt:
| 1. | Autm.Boeken = J In- en verkoopfacturen |
| Voorraad = J Voorraadmutaties materiaal en gereed product | |
| OHW boeken = J OHW uren, materiaal en uitbestedingen |
| 2. | Autm.Boeken = J In- en verkoopfacturen |
| Voorraad = J Voorraadmutaties materiaal en gereed product | |
| OHW boeken = N |
| 3. | Autm.Boeken = J Alleen in- en verkoopfacturen |
| Voorraad = N | |
| OHW boeken = N |
| 4. | Autm.Boeken = N Geen automatische grootboekmutaties |
| Voorraad = N | |
| OHW boeken = N |
Het boeken van het onderhandenwerk op basis van gewerkte uren gebeurt door het verwerken van geregistreerde uren per medewerker, per servicebon.
| F3 | Deel 2 | D4008 Instellen systeemswitches 2 (service) |