S0402 - AANMAKEN SYNCHRONISATIE

Doel

Voor controle doeleinden kan van een bepaald boekjaar een bestand worden aangemaakt dat naar de klant wordt gezonden.

Achtergrond

Wanneer alle mutaties van het boekjaar zijn ingevoerd, kan de accountant het boekjaar gaan controleren. De klant stuurt een kopie van de administratie naar de accountant. Na verzenden van de administratie werkt de klant gewoon verder in het volgende boekjaar. *Ter voorkoming van fouten wordt aangeraden om de 'minimum boekperiode' in de administratie zodanig in te stellen dat er ook echt niet in het vorige boekjaar kan worden gemuteerd.

Nadat de accountant klaar is met de controle kan met deze functie een bestand worden aangemaakt dat door de klant met functie Inlezen synchronisatie kan worden ingelezen. Alle correcties in de financiële mutaties en stamgegevens worden in het bestand geplaatst, zodat de klant daarna over een gecorrigeerde administratie beschikt.

Attentiepunt

1 Relaties worden niet in het bestand geplaatst. Deze kunnen gewoon door de klant in de eigen administratie worden bewerkt en worden dus niet overschreven met oude gegevens.
2 Grootboekrekeningen, afschrijvingen, balanscodes en Winst & Verliescodes worden wel in het bestand geplaatst, zodat de oude stamgegevens worden overschreven.

Uitvoering

Voor algemene uitleg zie verwerkingsfunctie of invulinstructie.

Boekjaar (jaar JJ) [211]
Het boekjaar waarvoor de functie wordt uitgevoerd.