Voor wat betreft de conversie doen zich de volgende mogelijkheden voor:
V | Verwijderen: Alle 'oude' waarden zijn niet belangrijk en kunnen derhalve worden verwijderd. |
W | Wijzigen: Alle 'oude' waarden in de rubriek Soort worden gewijzigd in één in te toetsen waarde Notitiesoort. Ter informatie wordt de oude informatie aan het einde van Tekst1 opgenomen. Als daar echter geen plaats is, wordt daarvoor Tekst2 t/m Tekst6 gebruikt. Als in geen enkele tekst ruimte is, wordt de 'oude' waarde toch in Tekst6 opgenomen. De 'oude' tekst wordt altijd voorafgegaan door het teken '>'. |
T | In tabel opnemen: Alle 'oude' waarden in de rubriek Soort blijven onveranderd en worden opgenomen in de tabel Notitiesoort. |
M | Muteer de notitiesoort in de notities van een specifieke medewerker. |
O | Converteer een notitiesoort naar een onderwerp. Dit kan wenselijk zijn als de actuele lijst notitiesoorten is vervuilt met onderwerpen. Als het onderwerp betrekking heeft op een afdeling, kan deze standaard worden gekoppeld. |
1 | Het kan verstrekkende gevolgen hebben, als gekozen wordt om elke waarde in de rubriek Soort op te nemen in de tabel Notitiesoort, omdat elke voorkomende waarde automatisch in de tabel wordt opgenomen. |
2 | Nadat deze conversie is uitgevoerd, verschijnen ter informatie de volgende statistische aantallen op het beeldscherm: |
3 | Het is mogelijk dat deze functie vaker wordt uitgevoerd. De 'oude' waarde wordt dan elke keer opnieuw in een tekstregel opgenomen. Als het doel is de Notitiesoort te wijzigen, dan dient functie Wijzigen rubriek gebruikt te worden. |
Methode (V,W,T,M,O) [248]
Met deze rubriek wordt de methode aangegeven waarmee de inhoud van
de bestaande rubriek Soort moet worden overgezet naar de nieuwe rubriek Notitiesoort.
Geldige waarden zijn:
V | Verwijderen: Alle 'oude' waarden in de rubriek Soort komen te vervallen, of wel deze rubriek wordt leeggemaakt. |
W | Wijzigen: Alle 'oude' waarden in de rubriek Soort worden gewijzigd in een in te toetsen waarde Notitiesoort. Ter informatie wordt de oude informatie aan het einde van Tekst1 opgenomen. Indien daarvoor echter geen plaats is, wordt Tekst2 t/m Tekst 6 gebruikt. Indien in geen enkele tekst ruimte is, wordt de 'oude' toch in Tekst6 opgenomen. De 'oude' tekst wordt altijd voorafgegaan door het teken '>'. |
T | In tabel opnemen: Alle 'oude' waarden in de rubriek Soort blijven onveranderd en worden opgenomen in de tabel Notitiesoort. |
M | Met deze keuze kan de notitiesoort van een bepaalde medewerker worden gewijzigd. |
*169 Nieuwe code (bestaande waarde) [169]
Deze rubriek wordt alleen getoond als bij de rubriek Methode gekozen is voor 'W' (wijzigen). In dit geval kan de waarde van de Notitiesoort worden aangegeven, waarin elke Soort moet worden gewijzigd. Ter informatie wordt de oude informatie aan het einde van Tekst1 opgenomen. Indien daar echter geen plaats is, wordt daarvoor Tekst2 t/m Tekst6 gebruikt. Indien in geen enkele tekst ruimte is, wordt de 'oude' waarde toch in Tekst6 opgenomen.
De 'oude' tekst wordt altijd voorafgegaan door het teken '>'.